Navigatie de voorplecht Dankbaar Uitgelogd
Huishoudelijk
5 oktober 2005 |
Vrijdag, 7 April 2006
Soms word je wakker in een droom. En dan denk je in die droom dat je echt wakker bent. Ken je dat? Dat gevoel dus; dat had ik. Onwerkelijk en toch echt. M’n mond voelde droog aan. M’n buik vol. Alsof ik net gegeten had. Vreemd anders. Als in een droom. Dronken dromen met de droge mond van een zware kater. Maar dan zonder kater. Alsof m’n buik dichtgegroeid was. Niet dichtgegroeid met eten, maar met wortels, wortelend in mijn ingewanden. Nee, dit moet een dronken droom zijn. Ik ben de directeur van de vleesfabriek. Zo’n fabriek in de periferie van de maatschappij. Achterin Brabant, waar de wulpse worstenvulsters op terrassen lonken als het mooi weer is. Met hun vlezige borsten en vlezige bovenbenen van het vlees dat onze fabriek hen geeft. En waar het bier onder de mannelijke en vrouwelijke collega’s rijkelijk vloeit, om de verveling van het weekeind anders te laten zijn dan de doordeweekse verveling van de lopende band. Nee, in mijn leven is geen plaats –kan geen plaats zijn- voor deze nachtmerrie… Ik lig in een kleine kooi. Ernaast nog zo’n kooi als waar ik in lig. M’n ledematen klemmen tegen de tralies van dik bamboe. Ik probeer te zien wat er in de kooi naast me ligt. De omgeving heeft geen achtergrond, geen voorgrond. Net als in een droom, en toch ook niet. 'Ondergronds… onderhuids… ondergang', riedelt een iele stem in m’n hoofd. Hoog, schril en lachend. De stem komt me vaag bekend voor. Ik probeer te zien wat er in de kooi naast me zit in de hoop meer over m’n situatie te weten te komen. Er groeien alleen maar lange dunnen bamboescheuten uit die het zicht ontnemen op wat er in de kooi zit. Het volle gevoel in m’n buik komt vast door het bier. voor m’n mond zweeft een dunne houten stok die mijn kant op wijst. Hij groeit langzaam, of eigenlijk snel. Ik weet niet waar die staak vandaan komt maar zonder verwondering kauw ik erop. Als een zuigeling die voor het eerst de borst krijgt. Die weet dat hij wel moet om te overleven. Ik hang kotsend boven de pot. Teveel bier. Het tweede weekeind sinds ik de directeur van de vleesfabriek ben. Vorig weekeinde twee van die vlezige zeugen platgenaaid. Vanavond heb ik al m’n pijlen gericht op de droom van elke werknemer. Die stille, maar o zo geile pinda van de afdeling worsttrekkerij. 'Wedden dat jij morgen geen vegetariër meer bent?' Goede opening. Het klikte goed. Ja ja. Wil zich ook omhoog neuken zeker. Come to daddy!!!! Jammer dat ze vegetarisch is. En vreemd dat ze zich de dag na m’n vaders verdwijning ziekgemeld had. M’n ouwe… Zou hij die pinda voor z’n verdwijning nog genomen hebben? Hij had ook een oogje op haar, die ouwe bok. Gevoel voor smaak had hij wel. Over smaak gesproken…shit… Volgende zuurgolf. Ik word duizelig. M’n maag draait zich om. M’n logge kadaver ook en komt hard op het geëmailleerde lavatoir terecht. Golven wortelbroksap over m’n overall. Zuur. Zwart. Niks meer… Ben ik stoned of droom ik? Ik hoop het laatste maar ergens weet ik beter. Het lijkt wel of m’n herinneringen niet verder teruggaan dan…die hoge schrille stem met flarden herinneringen. Wuivende flarden herinneringen. Flarden menselijk haar. Lang, donker, doorschijnende lokken, met af en toe een schittering licht erdoorheen. Donker Aziatisch haar. En nog vagere herinneringen die even langzaam weer duidelijk worden als de staak groeit. Herinneringen komen erbij… Ik herinner me een hal. Hoog, licht, met witte tegels en TL-licht. Mijn territorium Een herinnering aan een maaltijd. En geuren van de Aziatische keuken. Een Indonesische maaltijd. Een herinnering aan een weddenschap. De vernedering van het verlies en de roes van de winnaar van de weddenschap. Of is het een andere roes? Mijn mond voelt rauw aan. Het binnenste van de staak is altijd zacht. Maar de bast is hard en taai en splijt alleen maar als ik erop bijt. De splinters van de bast die ik venijnig voel prikken in m’n slokdarm en maagwand. Maagzuur doet de rest. Een zachte strelende hand en frisse lucht die de zure geurvleugen verdrijven brengen me bij positieven. Ik kijk recht in de ogen van die mooie pinda van de worsttrekkerij. 'Je moet wat eten', zegt ze. Het klinkt bijna bezorgd. Maar dat is het net niet. Hoe ze het wel bedoelt, kan ik niet plaatsen. Wil ik niet plaatsen. Te dronken, te geil, te verveeld. Het enige waar ik aan denk is haar vega-ontmaagding: mijn enorme vleespaal die haar keel in en uit schuift. En haar mooie ogen die me dan aankijken. 'Jouw huis?' Ze knikt bevestigend. Alsof ze wist dat dit ging gebeuren. Ik herinner me haar mooie amandelvormige ogen. Haar heldere stem. De discussie bij het aanrecht, een lichte roes als van alcohol en een folkloristische kleine schaal. Letters die een Indonesisch woord vormen. De drank die geurde naar bergamot fluwelige humus. Ik herinner me nog vaag m’n eerste slokken, en m’n gretige doordrinken. En daarna het zo slap worden van mijn ledematen…. Haar heldere stem die schril wordt. Haar mooie ogen die lelijk worden als ze zich omdraaien in de kassen. Enge ogen die me aanloerden vanuit hun magere kassen. Ik herinner me nog het gevoel van alle energie die wegvloeit uit m’n lichaam, rechtstreeks haar lelijke zwarte gaten-ogen kassengaten in. En haar spreuken in vreemde taal herinner ik me. Of waren het alleen klanken, die ze uitsprak? Ik herinner me het woord wat steeds terugkwam: 'Selamatan' Ik moet nu dooreten. De scheut voor m’n mond begint sneller te groeien… Ik voel me als verdoofd. Geestelijk, lichamelijk. Het enige dat nog pijn doet is m’n buik. Of beter: het gat in m’n buik. En het bleke vetvlees dat eruit gulpt. Gevormd als het vele kadavervoedsel dat we aten in onze fabriek. Eronder vandaan gulpt bloed. Al kauwend op de bamboestaak komt de herinnering aan haar verder bovendrijven. De fabriek. De verdwijning van m’n vader, De slemppartijen, die geile pinda. De spreuken die ze uitspreekt verstijven m’n gestel. Op haar bevel waggel ik willoos als een zombie de keuken uit, mee naar de donkere kleine kelder naar een lage, lange kooi van bamboe. Op 'vreemde taal'-commando ga ik in de kooi liggen. Als ik er op m’n rug in lig ramt ze de kronkelende punt van een grote Kris in m’n buik tussen m’n navel en plexus. Ze steekt echt hard, alsof ze weet dat m’n lichaam al verstijfd is. Ben ik dood? Ik kan me niet herinneren dat ik gestorven ben. Maar dit voelt niet als mijn lichaam meer. God, wat een HEL!!! Alles wat er aan herinneringen bij komt - de dronkenschap. de weddenschap, de uitnodiging-, het is geen herinnering meer; het beeld is compleet, vloeiend als in een film. Met beelden die me doen huilen. Waarbij je eerst een brok in je keel krijgt. Maar het brok dat ik in m’n keel voel is de bamboestaak langzaam sneller m’n keel ingroeit. En op het witte doek volg ik de weddenschap van mijn herinnering. De laatste blinde vlek in m’n herinnering: 'Echt; wedden dat jij morgen geen vegetariër meer bent?" zeg ik. Ze kijkt me geheimzinnig lachend aan. Ik ben weer overmoedig door haar heerlijke Brem Bali. In m’n gedachten zie ik m’n vleespaal diep in haar keel verdwijnen. Een warm onderbuikgevoel, bloed dat naar m’n hoofd stijgt. Met een onderdrukte zucht kijk ik in haar mooie ogen. 'Dat is goed', zegt ze. 'En als tegenweddenschap mag ik jou morgen dan vegetariër proberen te maken?' Ik weet niet waarom ik twijfel met antwoord geven. Intuïtie? Maar ze ziet me twijfelen, lacht en streelt met haar hand langs m’n kin. 'Mag ik dan de vannacht ook de hele nacht met je doen wat ik wil?' What the Hell… deal! 'Jah', zucht ik dronken en overmoedig. Ze glimlacht, De saké is op. Ze zet de een kleine Indonesisch ogende nap voor me neer Ik ruik vaag de geur van bergamot en een fluwelige smaak van humus Als ik drink lees ik de letters op de nap: Maireya. Ze wrikt de kris los uit m’n harde koude buik. Bloed stroomt in de wond. Heel even maar om de druk van binnenuit naar buiten gelijk te krijgen; het gutst niet op de maat van m’n hartslag... M’n hart klopt dus niet meer Ik ben dus echt dood. Ze vult het gat dat de kris achterlaat met een humusachtige, kruimelig lichte substantie. Als tuinaarde, maar dan bleker. Daartussen plant ze een wortelende scheut bamboe. De wortels voelden venijnig, prikkend. Ze wortelen meteen en beginnen langzaam gretig hun weg door mijn ingewanden te zoeken. Ik krijg een kus op m’n levenloze stijve lippen. Ze geleidt de bamboescheut vanuit m’n buik terug in m’n mond. 'Weet je wat ik met je wil doen?' zegt ze. 'Hetzelfde als jij met mij daarboven in de keuken, maar ik ben vegetariër. Ik wil je laten voelen wat het is om als vegetariër gedwongen worden vlees te eten. Aangezien je geen vegetariër bent dwing ik je groente te eten. Net als je vader.' Ze doet de bamboe gevlochten deksel op de kooi en knoopt hem dicht met een paar twijgen. 'De bamboescheut zal door je keel naar je hersens groeien. Zijn wortels zullen je vlees proeven, en de smaak aan je hersens doorgeven als de scheut door je verhemelte heen groeit.' Ze streelt de scheut grijnzend. 'Come to daddy', smaalt ze, terwijl ze naar de andere bamboekooi kijkt. Ik voel de wortels zacht zoeken door m’n ingewanden. Het enige dat ik kan doen is tegen de verdrukking op eten. Het is niet mijn vleespaal die haar keel inschuift, waar ik van droomde. Dit is de omgekeerde nachtmerrie. Het is haar vegastaak die mijn keel inschuift. Ja, deze weddenschap ga ik verliezen. Heel erg verliezen. Ik, als directeur van een vleesfabriek, de vegetarische nachtmerrie. Mijn vlees gestorven. Ik mag blij zijn als ik deze ochtend levend als een plant haal.
door Eliv Daar kom ik goed weg. Ik ben namelijk al heel lang vegetariër. Lekker verhaaltje heer Vilé. Ober, een tandenstoker!
Zal ik de biertender alvast opwarmen?
Oei, last van een droge mond?! Komt goed uit!
Ja, altijd uitkijken met veganisten. Kunnen behoorlijk fundamentalistisch zijn. Doet mij denken aan zo’n tropische geslachtsziekte zoals “Vietnamese Rose” of zo. De koortsdromen komen vanzelf wel daarna. Een gipsafdruk van je jaap! Best interessant, die google ads.
Meteen de laatste keer, he, Vile ? Goeiemorgen mijne heren. Ik ben nu 3 keer geweest. En ik mag wel zeggen: absoluut geen schamele opbrengst. Twee keer geweest. Inhoudelijk: onwelriekende harde stukjes. hmz… vegetariër worden? Nah… kan ik net zo goed proberen af te kicken van de dope :s Niets van dat al maar restjes alcohol in mijn bloed daarentegen te over. Nu nog bloed poepen met een pijnlijk kloppende ster en dan is mijn ochtend weer helemaal goed.
en de pindasoep is de komende tijd ook een no-go denk ik zo…
Gerard Reve (82) overleden Reve… was dat niet die schrijver?
Dat is inderdaad de schrijver van het beroemde werk ‘De Nachten’.
Ze had het ongezonde uiterlijk van iemand die te veel drinkt. Een grauwe fletse huid met pafferige hangwangen. Slank van nature, maar nu, gezet uit slechte gewoonte. Grote hangborsten boven een poefbuik die er net nog niet onderuit kwam steken. Maar als ze zich met haar armen achter haar hoofd uitstrekte kwamen haar borsten naar voren, trok haar buik naar achteren en leek ze, met haar gezicht in de schaduw, op één of andere manier toch aantrekkelijk.
Brabant is dat niet die prvincie waar Dreknek vandaan komt?
WIE OF WAT IS EEN DREKNEK????
DAT IS DE BRABANTSE EQUIVILANT VAN EEN DOOIE GERARD REVE.
Ik heb opeens last van achteruitgaand neurologisch gelegenheidsgeheugen, moeite met zicht, herken woorden erg slecht en voel een onbedwingbare lust tot vloeken en het maken van obscene gebaren. Daarnaast voel ik mij hyperactief, achtervolgd en heb een droge keel.
http://www.dreknek.com Oh maar heer Kiers,dan bent u de aangewezen persoon van dienst om eens uit te leggen wat dat is, een neurasthicus. Wat is ‘neurasthenie’. Algemene en Bijzondere symptonen en bestrijdingsmiddelen graag. Therapie, de reut.
het slijk der aarde |
Holle retoriek
"Aarsema, dan komen de tachtigerjaren puberale streeptinten van de
eerste kabeltv binnen op mijn kolkende oogbollen als de tube mayonaise
leeggeknepen in in een onderzoekende puberkringspier . Vage opgedroogde
veegklodderstrepen op de dikke zware afstandsbediening die het allang
niet meer doet. Bolle schermen versterken de aplastische rondingen.
Antennes nog met coax en zaad in een sok, geurend naar kamille gemengd
met nat speculaas.
Jong zijn is zo mooi…"
"Zit je achter het meest nieuwe en hipste technologische apparaat van deze eeuw, kom je op een stukje internet over columns schrijven. En dat is nu exact wat ik zocht! Soms zoek je iets, en kan je het niet vinden. Maar nu wel! Ik zoek iets om mijn Nederlandse woordenschat in te verwerken. En dan zoek je, en zoek je, en dan VIND je!
"Daarom is bicat een lichtje, een vuurtoren voor de verloren lopende dolenden.
"Schuimbekkend van woede las ik de met een danige onverschilligheid
geschreven colums betreffend de holocaust en Auschwitz. De flarden teksten
vol schrijffouten en loze beweringen, getuigen van weinig historisch besef
maar vooral een respectloze attitude jegens miljoenen slachtoffers. Vandaar
mijn bijdrage met het verzoek de richtlijnen als opgesteld in de bijlage te
respecteren en in acht te nemen.
"Diep geroerd, met geknepen stembanden, omvloerste oogleden, brandend maagzuur en kloppende roede (het is tenslotte 5
december) mocht ik uw fraaie stuk proza over mijn getroebleerde netvlies laten glijden...
De woorden vertalen zich moeiteloos in zielsetsende beelden.
Dank!"
"Geachte heer,
"Schitterend verwoord dat artikel over Clarence. Liep jaren met een missie, aan de voetballiefhebbers (niet de kenners) proberen uit te leggen dat Abe en Piet beter zijn dan het orakel uit betondorp. Was onbegonnen werk. Het klootjesvolk adoreert Ellen van Langen, Geesink en Rieu, en vinden mevrouw Blankers, Ruska en Roby lakatos maar niks, ze weten waarschijnlijk niet eens wie het zijn. Toen Keizer stopte heb ik jaren niet meer gekeken. Toen zag ik die Fin en een paar jaren later een Surinamer met een Nederlands paspoort (Had die Fin er ook maar een gehad). Ja en dan begint het heilige vuur weer te branden. Deze twee zijn tactisch en technisch het beste wat er op Nederlandse velden heeft rondgelopen (wat ik in mijn leven heb gezien). Keizer had niks met voetbal te maken, dat was ballet,kunst, en soms als het niet belangrijk was helemaal niks .En Abe ken ik van wat beelden, maar als je naar de verhalen over hem luistert hoef je de verteller maar in de ogen te kijken en herken je meteen de kenners uit die tijd."
"pedante snikkels, komen kut te kort. Webloggen is niet voor mietjes maar ook niet voor stoere geile binken, webloggen is namelijk een fenomeen, een spookbeeld voor blinden die zich vergapen aan de wijde wereld van het internet om zichzelf te ontmoeten, een monologue interieur te voeren en dan de echo terughoren, het internet dat een wonder is wat een dom irrationeel fenomeen is. Echt iets voor pedante snikkels en kale kutten die niet neuken maar wel in elkaars nek willen hijgen en tijd teveel hebben. Ik zou er helemaal niet aan beginnen en beroemd en rijk ben ik al, zegt het liefje. Ik heb de grootste en zij heeft de lekkerste en we verdoen de tijd liever in elkaar verstrengeld dan te vergooien op zo’n vervuilde weblogmarkt. Mot je alweer email beantwoorden enzo, in je vrije tijd, be je gek. Opzoute, stik dur maar in, Goossens, kijk maar uit dat ze niet vreemdgaan terwijl jij al die poen verdient, sneue wolf, ouwe rukker, voordat je het in de gaten hebt sta je een verschrikkelijk stinkend goedje op je scrotum te smeren terwijl je staat te huilen omdat je zo belazerd bent terwijl je het alleen maar goed bedoeld, voor ons allebei schatje, weetje, heerlijk met vakantie strax, saampjes, maar vanavond moet ik werken snappie, centjes verdienen mot pappie, kijk niet zo beteuterd, je wilt helemal niet naar de Lidl, je wilt daar nooit gezien worden zei je, nou dan. Nou tot strax dan, he ?"
"Bicat.net, dat is toch die achterlijke webstek voor rukkende, boerende en altijd bezopen kerels? Dat zielige pathetische zooitje ongeregeldheden dat uitgebraakte hersenkwak probeert te verkopen als prozadrek? Natte winden, dikke drollen, kleverige onduidelijkheden? Slurptrekkende draaigorgels, voorhuidjogging avant la lettre en berensgrote buikglijers?" (Jeremias Schubbenrug, in Nova, 4 oktober 2005) Reageerziekte
"Op een vrolijke dag toen ik aan mijn, voor al 11 jaar, allerbeste vriendin de liefde heb verklaard en binnen luttele seconden de meest euforische gevoelens door mijn ziel heen flitsten typte een verslag van school begon k te typen en dit kwam tevoorschijn op het samengeperste hoopje uitwerpselen wat ik beschouw als mijn laptop, want zoals velen het niet slecht zou doen als zij dit beseften is bezit enkel een illusie.
"Ik had het allemaal al wel eens meegemaakt en niets was mij te dol geweest: eonisme, vice anglais, flaggelatie, ja zelfs koprofagie. Ik was dan ook met graagte ingegaan op de omineus-priapische woorden en lubrieke blikken die "Ellen" tijdens ons gezamelijk consumeren eerder die avond op mij had gericht. Toen we, media nox, eenmaal in haar slaapkamer waren aangekomen, gaf zij steeds minder blijk van doorgaans aan haar toegeschreven mesquinerie. Integendeel,loodzwaar en onvermijdelijk hing het veile sneukelen in de lucht. Binnen no time was de vloer dan ook bezaaid met exuvieën en toonde zij mij haar zinnenprikkelende Junonische leest. Na intiem pidjetten en enige orogenitale schermutselingen (waarbij brod noch javelijn werd ontzien),sloegen wij serieus aan het procreëren. Cunnus en Curacaoënaar leken
welhaast voor elkaar geschapen. Hoewel haar defloratie al enige tijd terug had plaatsgevonden, pandoerden wij als nooit tevoren, daarmee verschillende tenesmen bewerkstelligend. Het is maar goed dat haar echtgenoot van deze sluikmin nooit wat heeft gemerkt..."
"Schrijf eens over vrouwen en hun plek of plaats in de allesverterende zakenoorlogen.
Want als er stereotype mannen met diep verborgen schaamtegevoelens over hun potentie problemen en erectiestoornis (taboe naturlijk) dan is dat manifest in hun 'vlucht vooruit' in de freudiaanse wapencultuur. Elke geweerloop, elke zwaardere tank is een gestileerd erectiel apparaat vol dodelijke munitie opgepomnt met miljoenen kogels in een spurt naar het doel wat als lustsymboliek een 'lilith' in een duizelige extase zou moeten brengen want zo 'is de kracht van het leger'. Stoere mannen die eerst de vrouwen opgeilen, dan met hun duwtje in de rug erop los gaan om 'de vijand te onthoofden'. Ik als watje moet altijd vreselijk lachen om die serieuze gezichten die de mannen politici en militairen bij hun gepiep, gezeur en gezeik en hun broodnodige verklaringen trekken.
"Is er iemand in de zaal die nog wil doneren aan een zielige arme homosexueuele neger met een onbeschrijflijke ziekte zwaargelovig te dom om te leren of te schijten die bovendien een oog mist en denkt dat de duivel soep in een blik stopt want hoe komt het er anders in en tegelijkertijd vreselijk gebukt gaat onder de laatste Tsunami of de vrees daarvoor want zijn geitenoog gaf vanmorgen onheil aan? Of anderszins zijn hypocriete tot op het bot zwarte geweten schoon wil kopen voor een luchtig schijntje of nóg liever zichzelf onsterfelijk wil maken over het lijk van een ander? Nee? Eénmaal? Andermaal? OK, dan ben ik ook pleite en met Marnix mee naar dat gruwelijk dure restaurant. Bovendien is het al na zessen en sta ik in de baas z'n tijd de wereld te redden en zo heb de cao dat nooit bedoeld. Howdoe en de mazzel. "
"De liefde is groots, ze breekt zonder haar gebit te gebruiken door elke granieten kop heen, verzwakt de wil en maakt elke stoere kerel tot een week omhulsel, een schaduw van zichzelf, een brabbelend luierkind, elke vent verandert van binnenuit en geweldloos door haar rijke zegeningen. Je krijgt een rijpe korstkaas als huid en een hart van vloeibaar goud. Verpletterend is ze en zij, de liefde, de warme zomerse, niet de winterharde en verbitterde tak dus, zit nog steeds vol met geheimen waar niemand de sleutel van kan vinden. Mysterieus is ze, als de ondergrondse geheimzinnige dictatuur van wereldwijde, alomvattende bekabeling waarlangs dagelijks kilometers gecodeerde data tussen de continenten flitsen. De liefde is een tectonishe plaat die schuurt en krast en gangen boort voor lavastromen van vleselijkheid en voedzame sappen die op geen enkele dieet mag ontbreken. Daarom is ze schaars.
Tot slot..we heben allemaal een gat van onderen, onthou dat. "
"Thanks!
Voor de eerlijke en ijskoude bieren vooraf om de ergste dorst te lessen na een lange en vermoeiende reis. En de Champage daarna in gelukkig niet van die zuinige hoeveelheden maar gewoon ruim bemeten pullen.
Dank ook voor de wonderschone oester die in zijn natuurlijke habitat beschermd en koel lag te wezen toegedekt met een warme dekentje bosui-liefde en een tikje Tabasco-ondeugd onder die deken.
Dank voor de kleinste en schattigste St. Jacobsoesters die ik proefde in Balsamicostroop. Eerbied voor de kort aangebrade en met ontbijtkoek gestoofde kwartel. Ik proefde een tint Orange Marmalade hoewel je zei dat het er niet in zat. Ik hou het erop dat de chefkok zijn geheimen heeft en, hoe hooggeëerd zijn publiek ook mag zijn, ál zijn details zullen ze nooit te horen krijgen.
Met liefde deed ik mijn sommeliertaken en het ‘kut-sommelier’ omdat ik de glazen niet tot de nok vulde, neem ik op de koop toe.
Onder de indruk was ik van je tzatziki met shrimp en rode grapefruit. Zoet en zuur zoals Bitter & Sweet zoals het leven zelf zoals harmonie zo mooi kan zijn.
Ook onder de indruk was ik van je zeewolf met tomatenchutney. Een rode knipoog op een licht in de boter aangezet visje zoals de boter bij de vis behoort te zijn.
Je bewees jezelf door met het produkt mee te koken en de zeeduivel vochtig te houden en over te laten lopen in het bedje van zuurkool omrand door koele en volle crême fraiche en slechts gestopt door mosterd. Het zal mijn gebrek aan woordenschat zijn geweest deze poëtische beleving van samenstelling aan mijn disgenoot heer Visser uit te leggen, aan de wijn waarin het beestje zwom heeft het niet gelegen.
Emotioneel werd ik bij het aangezicht van mijn vrouw in jouw open keuken, verliefd op de chefkok die zijn konijntje aan de haak had geslagen. Uit het konijnengezin weggetrokken, de zuigelingen achtergelaten en deskundig ontdaan van fluffy flaporen en prachtig gevild en daarna één minuutje aangebraden in de volle boter. Ach, je zei het nog, ‘nog even in de oven en gekeken hoe lang’ in antwoord op de vraag hóe lang dan, zoals Sebastiaan Bach ook vindt dat de piano zichzelf speelt. U zij geprezen met bijzondere gaven, maar het zal mijn eenvoudige ziel zijn die het zo ziet.
De ingekookte fond een tikje gezoet nog niet eens meegerekend evenals de witte bonen-truffelpuree en rode kool met vijgen die in een restaurant van naam de kaart had kunnen aanvoeren.
Jammer dat je er niet bij was met de kaas. Het zal de tol van de roem zijn geweest of de spanning van het koken op zulk een hoog nivo. Het siert de man die ook gewoon maar een mens van Vleesch & Bloed is gebleven. Het was uit de kunst hoe wij genoten van een walnoot uit Frankrijk gekraakt op de wals van braakgeluiden die wij van boven hoorden komen. Waarschijnlijk was je druk doende in de homard-naire.
Het dessert ben ik kwijt evenals het betoog dat ik hield, maar dat was ik toen al kwijt. Het betoog hou je van mij tegoed. Ik zal het je vertellen als ik de liefde verklaar aan mijn vrouw zoals jij gisteren de keuken in het algemeen en ons in het bijzonder de liefde verklaarde. "
"Ach, heer bicat, nu we het over eten en drinken hebben. Ik kan u te allen tijde aanraden, maar toch vooral in de herfst, van de ganzenlever te proeven. Zoekt u daarbij een zo eenvoudig mogelijk bewerkte ganzenlever, dus geen paté, niets met geconfijte uien of anderszins toevoegingen.
U wilt ganzenlever proeven die met de hand is schoongemaakt door een oud boerenvrouwtje die hooguit peper, zout en wat cognac toevoegde en daarna op 70 graden in de oven met de deur op een kier de lever zachtjes liet warm worden. Niet smelten, want dan scheidt het vet van de lever en bent u uw produkt kwijt. Nee, u wilt de lever verwarmen zodat lever, peprer, zout en cognac een geheel gaan vormen. Dat wat u wilt proeven is de waarheid en niets anders dan de waarheid.
Slaat u overigens wel in grote hoeveelheden in, niets zo erg als aan het einde te moeten constateren dat u nog wel wat had gelust. Nee, met veel dingen is het zo dat we nèt even meer moeten eten dan ons lief is. Nèt dat decadente punt van overdaad aantikken.
Schenkt u daarbij een Gewürztraminer en bij voorkeur hoe ouder hoe beter en liever nog een Grand Cru dan een gewone. Maar als u dan toch uit wilt pakken dan komt u niet heen om de Tokay Pinot Gris.
"Of die klassieke Suske & Wiske (het was nummer 78 als ik het goed heb): De Kakkende Kakkerlakken, die aflevering waarin Tante Sidonia in haar keuken te maken heeft met een steeds groter wordende populatie kakkerlakken, die voortdurend alles onderschijten, niet in de laatste plaats de biefstuk met friet die Tante speciaal voor Lambik had gebakken, tot grote woede van onze favoriete zeshaarder, die gelijk een spuitbus pakt en erop los begint te spuiten, dit tot groot enthousiasme van zowel Suske als Wiske, die duchtig beginnen mee te spuiten (we hebben het hier duidelijk over de periode waarin Suske en Wiske nog net zo milieubewust waren als George W. Bush die zijn privejet vanuit Kyoto liet terugvliegen naar zijn range in Texas omdat ie z'n favoriete cowboy-hoed was vergeten), maar in de spuitbus van Lambik blijkt een goedje te zitten dat er voor zorgt dat de kakkerlakken de volgende dag het formaat van een jong paard hebben (professor Barabas had een lege spuitbus gebruikt om zijn nieuwe groei-middel te testen en vergeetachtig als hij was, had hij het bij Tanta Sidonia laten liggen, puur uit teleustelling, want ook na gebruik van het groeimiddel had Tante Sidonia de professor uitgelachen toen hij zijn broek naar beneden deed), afijn, nu de kakkerlakken gegroeid zijn, schijten ze nog harder met als gevolg dat tante Sidonia, Lambik, Suske en Wiske hun huis worden uitgescheten, waarna ze Jerommeke erbij halen, wiens enige bijdrage een ENORME scheet is, gelukkig komt professor Barabas eraan met een grote smile op z'n mombakkes en een nog grotere bobbel in de broek die, zo zal even later blijken, amper in staat is de steeds groter wordende penis van Barabas te verhullen met als gevolg dat Tante Sidonia, gek van geilheid, zich op professor Barabas stort die vrijwel onmiddellijk klaarkomt en bovenop een van de reuzekakkerlakken kwakt die dan weer vrijwel onmiddelijk in elkaar krimpt en in het niets oplost, waarna ook Lambik en Suske en Jerommeke hun apparaat bewerken met het groeimiddel, zodat ze de volgende dag, onder de stimulerende leiding van Tante Sidonia en Wiske, de kakkerlakken dood masturberen. Knipoog Wiske. Einde."
"De vergelijking ‘vleesetend’ en ‘vrouw’ is een natte wensdroom. Het is veelbetekende symboliek dat er aan vegetarische mutaties man/vrouw/ hermafrodiet wordt gewerkt door de wetenschappelijke elite. Weten zij soms meer? Staat ons Armageddon te wachten ? De finale segregratie, het schisma van de sexen en de ondergang van hun zondige sexueel verkeer als geheime wapen om de wereldbevolking eindelijk zonder oorlogen te kunnen reguleren ? Reincarneren in een plantaardig bestaan in een potje aarde van robotformaties die miljoenen grijze racks van vruchtdragende en geurige planten produceren onder uiterst secure en berekende condities , zonder vrij zon of maanlicht, zonder zicht of gehoor, zonder tastzin, zonder geluid van wind en zee." Zelfbeschouwing
"Een man van middelbare leeftijd, beet je te dik, beetje te morsig. Baardje of sik wellicht. En witte schilfertjes sieren zijn gelaat. Hij rookt en hij drinkt, maar in tegenstelling tot wat hij ons graag wil doen geloven, niet teveel. Hij is een ambtenaar, schaaltje 9. verder een liefhebbende vader die zijn frustratie over het uitblijvende en waarschijnlijk nooit meer komende grootse leven heeft verruild voor een soort van komisch cynisme. Hij neemt het niemand kwalijk behalve misschien soms zichzelf, maar dan alleen na een Westmalle Tripel te veel. Hartstochtelijk supporter van NAC of een andere club ten zuiden van de grote rivieren, want dat hij een Brabander is moet haast wel. Zo stel ik mij Kiers voor, maar wellicht is het wel gewoon die homofiele Indo die bij Serudang de lege borden ophaalt..who knows.."
"Het is vast een meteroloog, een weermenneke met een gesmoorde sexualiteit, eentje met een enorm taboe. Een vrijgezelle biologieleraar met verlatingsangst kan ook. Zo'n eenzaam type die nog steeds bij zijn moeder woont en al jaren lesgeeft in het basisonderwijs. Zo'n anonieme 13 inhetdozijnman die spaarzaam leeft, de piepers schilt en de afwas doet, zo eentje die op de middagwandeling met het hondje van moeders vanachter de krant bij een speeltuin of in het park naar stoeiende of voetballende jochies kijkt en de pijn verzwijgt. Een masochist die het taboe koestert.
"Ach ja, leuk, schrijvers. |